We hadden oogcontact in de trein
vanaf station Rotterdam Alexander
naar station Utrecht Centraal.
Op station Gouda verloren we elkaar uit het oog.
"Hoi mooie dame,
Ik zat op 27 juni in de trein van Rotterdam naar Utrecht toen jij instapte en tegenover me ging zitten. "Als dat maar past" zei je, of iets dergelijks. Nog net, wist ik uit te brengen. Jij droeg een witte broek, T-shirt met horizontale strepen en je had twee tassen en een spijkerjasje bij je. Je had blonde krullen en een bril.
Ik droeg een beige broek, bruine Nikes en een streepjesshirt. Ik had je natuurlijk moeten aanspreken maar verder dan een Dag op jouw gedag zeggen, kwam ik niet.
Tweede kans aangrijpen?"