We hadden oogcontact in de trein
vanaf station Eindhoven Centraal
naar station Venlo.
Op station Venlo verloren we elkaar uit het oog.
"In de stiltecoupé kwam een jongen achter jou zitten. Wij zaten schuin naast elkaar. Hij maakte veel lawaai en dat was het eerste moment waarop onze blikken kruisten. Je viel me meteen al op. Je had zwart krullend haar, een blauwe rugzak, een nog feller blauwe rolkoffer en was in de weer met heel veel kabels.
Toen de coupé leeg was en we Venlo naderden, raakten we in gesprek. Ik vroeg waar je vandaan kwam. Jij zei Curaçao. Ik bedoelde eigenlijk waar je reis was begonnen. Dat bleek Amsterdam te zijn, waar je ook je master volgt, en je was onderweg naar Düsseldorf om een oude vriend te bezoeken die je nog kende van je tweede bachelor in Maastricht. Ik wees je nog de weg naar de internationale trein, maar baal ervan dat ik je nummer niet heb gevraagd."